vrijdag 26 oktober 2007

Gefelicitaart

"Jij bent helemaal op lichaamstemperatuur", knipoogt hij schalks.

Ze moet er van blozen.

"Wil je dat ik in één keer blaas?", vraagt ze verlegen.

"Ja, doe maar lekker hard. En dan likken. Langzaam. Rondom rond."

Ze krijgt opnieuw een kleur.

"Vind je het lekker?", vraagt hij lief.

"Mmmbwmm." Ze heeft de mond vol.

"Mag ik je dan nu zoenen?"

Ze knikt en likt de slagroom uit haar haar.

Ze is een meisje van 37 jaar.

Lucht

Roem is de hobby van bellenblazers.

Bernard Dewulf in De Morgen van 26 Oktober 2007.

dinsdag 23 oktober 2007

Kort

Kort gezegd, jij mag lang duren.

maandag 22 oktober 2007

The speed of life

Naarmate je zekerheid opbouwt in je loopbaan, groeit de overtuiging dat je niet voortdurend moet werken. Je maakt tijd om te focussen op andere zaken. Ik heb een geweldige groep vrienden, al 25 jaar. Hoe ouder je wordt, hoe makkelijker het is om bijeen te blijven en tijd met elkaar door te brengen. Mijn familie is ook een bron van geluk. Ik heb prachtige ouders en een fantastische zuster. Dat zijn prioriteiten. En het dragen van Speedo-zwembroeken. ( lacht) Ik heb er nu een paar aan, onder mijn kostuum. Hoor je dat niet aan mijn stem?' (lacht)

George Clooney in De Standaard van 20 oktober 2007.

zaterdag 20 oktober 2007

Over vliegeraars en gekrompen minnaars

In het kader van het Internationaal Filmfestival Gent werd gisteren een uitverkochte ode gebracht aan Alberto Iglesias, veelzijdig componist en lieveling van Pedro Almodóvar. Hoewel Marc Forsters The Kite Runner nog in de bioscopen moet komen, kregen we onder het houten middeleeuwse gebinte van de Bijloke de magische muziek live te horen. De vertolking van Dimitri Psonis op lira, santoor en rubab ontroerde diep. De avond sloot af met een vleugje fantasie en humor, een scene uit de film Hable con Ella live begeleid door het Vlaams Radio Orkest. El Amante menguante is Almodovars sublieme hommage aan 'The Incredible Shrinking Man' ('57) van John Arnold waarin een 'gekrompen' man een slapend naakt vrouwelijk lichaam verkent en haar tenslotte 'binnendringt'. De tuimelpartij van de kleine man op de volle borsten is hilarisch en terzelfdertijd fijnzinnig erotisch.

donderdag 18 oktober 2007

Kracht

Ik ga uit van mijn eigen kracht. En mijn eigen kracht schuilt in mijn eindeloze nieuwsgierigheid. Nooit is het genoeg. Ik heb nog zoveel te doen. En van navelstaren word je blind. Stagnatie is de hel. Beweging het tegendeel. Ik beweeg alom. 'Je est un autre'. Arthur Rimbaud! In elke weerspiegeling zit een ander. Altijd die vernieuwing.

Simon Vinkenoog in een interview met Margot Vanderstraeten in De Morgen, 17 oktober 2007

maandag 15 oktober 2007

Dertien in een dozijn

Eerst was er het schoorvoetende ontdekken. Dan de spanning. Even een ménage à trois. En tot slot de uitdaging.

Je nam me mee naar Caron in de Veldstraat. Rookwaren Caron. Je kocht Havana’s, vroeg aan de man er voor mij één op te steken en gebood me rokend de Veldstraat door te lopen. Ik verpinkte niet. “Trut”, zei je toen. Jouw manier van verbaal aaien. En het mooiste dat je tegen me kon zeggen. Ik houd niet van klef. Lievezoeteke is niks voor mij.

Diezelfde avond kwam je langs. Je stond aan de deur met een plastic zak van de Fnac. En een verse onderbroek erin. Je hebt nooit veel koffers gehad. Op reis gaan betekende voor jou een kartonnen doos nemen, alles erin en weg.

We deelden het bed en ik vroeg: “Hoeveel zijn me voor gegaan?”. Je zei: “Dertien”. Ik dacht: “Laat ik meteen onthouden dat ik in de rij sta. Een serienummer heb.”

Maar je bleef steeds langer bij mij en minder lang bij de rest.

In bed is het perfect. Zo egocentrisch als je te werk gaat met eten, drinken, leven, zo vol overgave ben je naar mij toe. Je vraagt altijd of het oké is, of ik het liever zus heb of zo. Je forceert niets. Je hebt natuurlijk al heel wat ervaring.

Je bent een man van uitersten. Daar hou ik van. Driftig, mannelijk. Met een afgetrainde torso en een zakmes in je broekzak. Maar je kan ook kapot gaan van mooie muziek. We hebben alle symfonieën van Mahler. Uren liggen we op de grond samen te luisteren.

Maar we worden oud. En bang voor het afscheid. Ik zie paniek in je ogen als ik ziek word of me even minder voel. Als je weg bent, op reis, leef ik niet meer. Ik sterf af. Eten lukt me niet, slapen ook niet. Ik ga nergens heen. Blijf binnen. Alleen. Ik wacht. Waak.

Als het gebeurt, dan wil ik samen met je gaan.

Onder een grote aureool.

Jij fluistert liefkozend: “Gij zijt een ongelooflijk taai beest”.

Waarop ik onhoorbaar zacht: “Gij zijt de vent van mijn leven geweest.”

Geïnspireerd door een interview van Marijke Libert met Eleonore Vigenon, echtgenote van Jef Geeraerts in De Morgen, 13 oktober 2007.

zaterdag 13 oktober 2007

Hans

Het is afgelopen.

Er komen foto's.

Ben je getekend?

Met gebogen schouders. Een witte stropdas. Onmodieus te klein.

Plechtige communieschijn?

Je kreeg de strop.

Je hangt.

Voor het leven.

Voel je het? Als een schot dwars door je borstkas heen?

En voor wie het allerliefste werd weggeschoten?

Is alles voorbij?

Is het afgelopen?

Lost

Schrijven is als de liefde: je verliest er jezelf in.

Woorden van Nobelprijswinnaar Literatuur 2007 Doris Lessing in een interview met De Morgen-recensent Marnix Verplancke, 2005

vrijdag 12 oktober 2007

Het is een magere troost

Het is een magere troost
dat alles moet verdwijnen

en ik je hoe dan ook op een keer
toch zou moeten missen, bij voorbeeld

door de dood. Ik hou van je, al
kunnen we waarschijnlijk niet meer
worden wat we vroeger waren of dachten
te zijn. Geen verhalen over afkeer,

over waanzin of grote trouw: ik
verlang naar toen terwijl
ik ouder word. Ik denk
nog veel aan jou.

Uit: In de piste van Tom Lanoye, uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam, 1984

Vuur

Ze schittert, vonkt, prikkelt, straalt. Haar haren pieken pittig. Ze huppelt. Giechelt speels.

Ze is aanstekelijk.

De bakker.

Knipoogt.

Ze gaat zweven. Heel even.


Ze struikelt. Over alles. Verslaapt zich. Wil terug. Onder de donsdeken.

Fuck. Foert. Out-of-office.

Ze wil.

Een vonkbonk.

Ze wil.

Een warme bakker.

donderdag 11 oktober 2007

Wash and Go

Vaak heeft hij zin om zichzelf om te gooien. Een verrassende snapshot van een ander leven. Sprankelend opnieuw voor het eerst bemind worden. Geen aanwas of afwas. Weg van wat was. En op naar wat kan zijn.

Hij wil leven, beleven, niets missen.

Maar wordt verlamd door angst om los te laten.

Hij is geen zorgeloos verkennende, wilde, onbesuisde levensreiziger.

Geen Procter and Lifegambler.

He'll just keep on dreaming of being reckless.

Take a walk on the wild side

Ze ligt op haar rug en ademt.

De luchtstroom trekt in één haal naar haar hart en borstkas, maakt een zijsprong naar haar schouders, glijdt met een sterke stoot via haar strottenhoofd naar haar voorhoofd en houdt halt net voor haar gesloten oogleden.

Verlangen.

Vast vooruit.

Wil eruit.

De volgende ademhaal zoekt lager houvast. Dringt diep door naar haar onderbuik, warmt zich wee en vleit zich diep, vol neer.

Vredig vast.

Ze rekt zich uit en zet de muziek aan. Gets her Lousy Reet up.

Ademgevecht wordt achter-werk. Buik verzoent zich met hart. Inside turns outside.

God, how she loves the wild side.

woensdag 10 oktober 2007

Adam en Eva

Op dag zes schiep god Eva. Voos maar meedogenloos gaf hij een ruk aan het deksel van zijn toverdoos. Hij zwaaide met zijn staf en sprak toen dit met haar af: Elke maand zou ze bloeden in het kruis. Zonder enig abuis. Eva Always goes Nana. Voila. Basta. C’est ça.

Het Paradijs was spetter. Adam befte Eva te pletter. Het aardse leven was fijn. Eén groot feromenaal festijn.

Dra kwam de C-bra. En Adam werd week als vanillevla.

Op één van de door zijne Voorzienigheid geregelde mens-onwaardige visitatiedagen keelde Eva luid: “Je bent een varken met een lange fluit. Punt. Het is uit.”

Tot zover de illusie van het Eden. Adam behoorde tot het verleden.

Op dag zeven kwam het licht. Het was een spectaculair gezicht. Een leger neo-testosteronlampen kwam jolig aanstampen. Eva speelde lekker hard op de bal. Ze voelde zich groter dan het heelal.

Toen kwam de wind, zuchtte streels en gaf Eva een kind.

Nog vele lichtjaren zou Eva baren. En zich de liefde laten verklaren.

Om voor altijd de herinnering aan die onstuimige jaren te bewaren.

Poedels

En daarbij, poedels zijn geen echte honden. Dat zijn homofiele mini-lama's. Dus dat zijn zowiezo losers.

Uit: Heden Soup! van Wim Helsen, uitgeverij Meulenhoff/Manteau, 2007, p. 20

dinsdag 9 oktober 2007

Het spoor kwijt

We zitten tegenover elkaar in de trein. Je ogen lachen. Je haren krullen speels in een staartje.

Hoe veel en hoe lang heb je het met hem gedaan?

Je was vast spannend.

Ik voel me oud. En moe. Moeder met een baarbuik en een slappe sexspier.

Je schatert. Je borsten dansen mee.

Ik kijk weg. Het zijn kanonballen. Ze doen me balen, kotsen, kannibalen. Ik bijt je genadeloos een tepelkloof. Knaptand je tot echtgenote en huissloof.

Ik sta op, zeg je gedag en glimlach.

Je was vast een kanonba(na)liteit. Zomaar eentje voor de lieve aardigheid.

Het voelt fijn weer op perron 2 te zijn.

Net niet ontspoord. Net niet ongehoord.