woensdag 13 mei 2009

De passie van topsport

Liefde en topsport hebben een gemene deler die verder reikt dan fysieke afmatting van lenige lijven. "Cocaïne?" hoor ik u filmisch-fantastisch en mediageletterd luidop denken. Inderdaad. Warm. Zeer warm. Ik doelde op het al even media-vermogende, veel herhaalde en aangehaalde verschijnsel van de decompressie.

In een uitgebreide en ter dege analyse van de topsporter die ten prooi valt aan drank en drugs definieert De Morgen journalist Bart Eeckhout het als volgt: "Decompressie is de ontspanning die het lichaam nodig heeft om de chemische balans weer in evenwicht te brengen. In fysieke of psychologische stresssituaties komt cortisol vrij, een hormoon dat eiweitten in de spieren afbreekt waardoor glucose, en dus energie, aangemaakt wordt. Cortisol probeert zo het energieverlies te compenseren dat veroorzaakt wordt door de aanmaak van adrenaline. Via decompressie wordt het effect van die hormonenproductie gekanaliseerd. " (De Morgen van 12 mei, p. 18)

Vrij analoog beschrijft Rafaela in De Morgen van 4 mei de chemische storm van liefde als volgt: "Eenmaal ons oog is gevallen op de juiste partner, vallen we ten prooi aan een wervelende chemische storm. Verliefdheid triggert een krachtige cocktail van hormonen en neurotransmitters in ons brein en lijf. Er ruist tienmaal zoveel adrenaline door onze aderen en het hormoon cortisol helpt deze razernij gaande te houden: ons hart pompt sneller en lichaamstemperatuur stijgt. "

En ook hier geldt het principe van de chemische balans. Waar adrenaline en cortisol de hormonen zijn die een topsporter tot vergaande prestaties drijven, met decompressie als beloning en afterparty, moet ook in de liefde ontladen worden, bij voorkeur in een zaligmakende lijfelijke liefdesroes.

Even zeer: net als de topsporter, jagen we, verlangen we in de liefde naar de gouden medaille. Maar worden soms door de volgwagen ingehaald, rijden een lekke band, missen de bocht, verliezen de pedalen.

Dan staan we aan de zijlijn, vol goudkoorts, en zien de trofee jammerlijk aan ons voorbijgaan.

Hoe blijven we dan chemisch in balans? Hoe beheersen we de grote emoties die volgen op grote, niet ingeloste verwachtingen? Hoe ontladen we ingehouden, volgehouden, verliefde spanning zonder uitzicht of vooruitzicht op liefdevolle ontspanning?

Idem dito aan de grote heren van de wielersport is een vlucht uit de realiteit dan een gemakkelijke maar gevaarlijke volgende stap. Want vluchten willen we zonder meer. Weg van pijn en frustratie.

Ook hier is het advies van sportpsycholoog Rudy Heylen tastbaar op de liefdesverdrietige toepasbaar: "Het resultaat is uiteraard het enige wat telt voor een topper, maar wij leren hen om het gedrag te controleren waarmee ze tot dat resultaat willen komen. Je kunt, zeker in het wielrennen, een perfecte wedstrijd rijden en toch verliezen. Ofwel kraak je dan van pure frustratie ofwel aanvaard je dat je ook een schitterende prestatie kunt geleverd hebben zonder overwinning. Die tweede houding zorgt voor meer mentale stabiliteit en uiteindelijk ook voor meer succes. Je kunt nu eenmaal niet controleren wat niet te controleren valt." (De Morgen van 12 mei, p. 18)

Conclusie: In de ijver, wedijver om liefde valt niets te controleren. We kunnen enkel navigeren, exploreren, bij tegenslag rechtstaan en opnieuw, vol kracht, gaan voor de lange baan.

We verleggen een grens. Verhogen een versnelling. En trekken geen categorieke lijn.

Want een lijn wordt een ravijn. Dus snuiven we niet.

Maar wuiven blijmoedig, koesteren onze inspanning. Belonen onszelf, zelflievend, met degustatie, en decompressie deluxe. Eerste klasse.

Op naar een hogere divisie.

Geen opmerkingen: